Oostenrijks bergschaap

Oostenrijks bergschaap

Buiten in de groene weide van onze Stadsboerderij lopen twee Oostenrijkse Bergschapen. Het zijn hoornloze schapen, ze hebben een aanhankelijk en rustig karakter en hun wol is prachtig. De wol is geschikt om mee te spinnen en te vilten. De kop is lang smal en tot op het voorhoofd bewold. Zowel de rammen als de ooien hebben een ramsneus. De hangoren reiken tot aan de neus. Het bergschaap is een lang en hoogbenig schaap. Het beenwerk is stevig en de klauwen zijn donker gepigmenteerd en hard. De staart is lang en reikt tot over de hak.


Bergschapen komen oorspronkelijk uit de Alpen, waar ze dankzij hun grote aanpassingsvermogen, sterke poten en harde klauwen tot op grote hoogten kunnen grazen en gebieden bereiken die voor runderen ontoegankelijk zijn. Ze hebben een klimvermogen waar menige geit jaloers op zou zijn. Door hun dikke vacht zijn ze bovendien goed bestand tegen barre weersomstandigheden. Het is een echt natuurras met vele voordelen. Het ras kan het hele jaar door lammeren en het lammert makkelijk af.

Ondanks hun bijzondere kwaliteiten waren de Bergschapen rond 1980 bijna uitgestorven. Tegenwoordig staat het witte Bergschaap er weer wat beter voor, maar de bruine variant verkeert nog steeds in de gevarenzone.

Reacties zijn gesloten.